Momenteel lees ik met veel genoegen de oorlogsdagboeken van Virginie Loveling. Het is een verzoekje vanwege Roel Daenen van FARO en ik moet dan ook nog een recentie schrijven. Pas in het kader van een campagne om minder bekende boeken over W.O. I onder de aandacht te brengen van het erfgoedpubliek. Ten zeerste gepast trouwens in het geval van Virginie Loveling. Een beetje een vergeten schrijfster. Al was ze de nicht van Cyriel Buysse en schreef ze gelijkaardige novellen en romans. Haar oorlogsdagboeken werden echte lange tijd niet uitgegeven, maar verschenen ondertussen zowel in druk als online. En al lezende met mijn vooringenomen blik van danshistoricus, liep ik, niet geheel verbaasd, tegen nogal wat dansante oorlogsherinnering aan. Zoals deze van maandag 30 augustus 1915:
“Gisteren groot diner te Afsnee op het voormalig buiten van mijn neef Cyriel,+ thans door andere, allerliefste Hollanders bewoond. Waar veel menschen samen zijn ontstaat er altijd gezelligheid en, als er geen onmiddellijk verdriet zijn sluier van droefheid over de geesten werpt, ontstaat er zelfs vreugd.
Zoo ook hier, zo ook nu in oorlogstijd. Wij zitten aan met dertien.
Ik ben niet bijgeloovig op dat punt; maar hoe komt het toch, dat ik het altoos opmerk, indien het plaats heeft? Dus iemand dezer moet sterven in den loop van ’t jaar!…
Bah! sterven, wat heeft dat te beduiden, nu er zoovelen moeten heengaan!
‘Heel Belgenland moet dood,’ zei lange jaren geleden een negentigjarige landbouwer-philosoof op zijn sterfbed.
Diepe waarheid, niet nu alleen, maar voortdurend, door alle eeuwen heen, in alle oorden van de wereld. Maar… hier juichte in afwachting het jonge leven luid op met scherts en schaterlach.
Buiten waaide de wind in de hooge kruinen. Het geleek op een basbegeleiding van den zang en het instrumentenspel aan het dessert. Na de koffie keken de verlangende, meisjesoogen wel eens uit aan de open deur, of het kon om te gaan tennissen. Helaas! de regen viel dicht en vlug in schuine stralen neer. Net een parelengordijn, wuivend tusschen het huis en de verre heestermassieven in afstompenden neveldamp.
Ook al goed.
Er werd niet lang gedraald en de paren dansten weldra op pianospel in de groote zaal lustig door elkander.
Oorlogsnood!”
De hele tekst vind je hier op www.dbnl.org
Beeldgebruik: framepool > zoekterm ‘entente’