Categorie: 19de Eeuw

Alice in Wonderland

Lobsterquadrille_001

Sorry voor mijn afwezigheid van afgelopen week. Het was drukdrukdruk en ik slaagde er dus niet in om mijn stukje voor de blog af te werken. Daarom vandaag een extra royale portie.

Toen we recent nog eens samen op de trein zaten schoot mijn geliefde in de lach. Ze las net het 10de hoofdstuk van Alice in Wonderland getiteld “De Kreeften Quadrille”. Ze moest uiteraard even onwillekeurig aan mij denken. Waar dansgeschiedenis als vreemde hobby al niet goed voor is. Het is niet helemaal absurd natuurlijk dat je in een 19de eeuws boekje het woord “Quadrille” tegenkomt, maar hier gaat het toch wel om een heel aparte introductie op het dansgenre dat eens de balzalen van heel de aardkloot overheerste:

The Mock Turtle sighed deeply, and drew the back of one flapper across his eyes. He looked at Alice and tried to speak, but, for a minute or two, sobs choked his voice. “Same as if he had a bone in his throat,” said the Gryphon; and it set to work shaking him and punching him in the back. At last the Mock Turtle recovered his voice, and, with tears running down his cheeks, he went on again:

“You may not have lived much under the sea—” (“I haven’t,” said Alice)—”and perhaps you were never even introduced to a lobster—” (Alice began to say, “I once tasted—” but checked herself hastily, and said, “No, never”) “—so you can have no idea what a delightful thing a Lobster-Quadrille is!”

“No, indeed,” said Alice. “What sort of a dance is it?”
“Why,” said the Gryphon, “you first form into a line along the sea-shore—”
“Two lines!” cried the Mock Turtle. “Seals, turtles, salmon, and so on: then, when you’ve cleared all the jelly-fish out of the way—”
“That generally takes some time,” interrupted the Gryphon.
“—you advance twice—”
“Each with a lobster as a partner!” cried the Gryphon.
“Of course,” the Mock Turtle said: “advance twice, set to partners—”
“—change lobsters, and retire in same order,” continued the Gryphon.
“Then, you know,” the Mock Turtle went on, “you throw the—”
“The lobsters!” shouted the Gryphon, with a bound into the air.
“—as far out to sea as you can—”
“Swim after them!” screamed the Gryphon.
“Turn a somersault in the sea!” cried the Mock Turtle, capering wildly about.
“Change lobsters again!” yelled the Gryphon at the top of its voice.
“Back to land again, and—that’s all the first figure,” said the Mock Turtle, suddenly dropping his voice; and the two creatures, who had been jumping about like mad things all this time, sat down again very sadly and quietly and looked at Alice.
“It must be a very pretty dance,” said Alice timidly.
Enz. enz.

Het merkwaardige aan dit verhaal is, dat er ondertussen uiteraard een echte dans bestaat die de naam draagt van Lobster Quadrille.

OLYMPUS DIGITAL CAMERA

De beschrijving van de passen gaat als volgt:

Count Steps

8 Heads forward and back

8 Sides forward and back

8 Heads lobster1 your opposite

8 Sides lobster your opposite

16 Ladies starfish2 once around; pick up your partner

16 Grand starfish3 all the way home

8 All Lobster your partner

8 Lobster your corner by the left

16 All grand right and left

8 Heads lobster your opposite

8 Sides lobster your opposite

16 Promenade your partner to another set

1 Turn by the right with both hands raised

2 Right hand star

3 Partners side by side, ladies in the middle with a right hand star

(Choreographed by Ken Marcus, Denise Winter, and Bill Donaldson for the VSCS)

En uiteraard komt de dans ook voor in de recentste Burton film met muziek van Franz Ferdinand:

Beeldgebruik: Georgia Horton – ontwerp

De Musketiers doen het weer

Balboekje_Grand_Theatre_Gand_Ca_1860_002

Herinnert u zich nog het giswerk rond de ‘Mousquetaires’? Het betrof een vermelding van een dans op het dansprogramma van het bal op 20/08/1861 waaraan we een reeksje bijdragen wijdden. In de eerste bijdrage uit de reeks hadden we het in deze termen over deze dans, waarvan ik toen vermoedde dat het of een quadrille of een cotillon figuur betrof. Toen ik echter een paar weken geleden eens nagingen in google welke andere websites het onder meer over balboekjes hebben in het Nederlands, kwam ik o.a. bij de website van deftig vermaak uit.

Mij helemaal onbekend voor het overige, maar wat blijkt nu? Het balboekje in kwestie vermeldt opnieuw een “Mousquetaire”. Deze keer wordt de dans echter expliciet als Contredanse aangeduid. Het was met andere woorden ook in 1861 wellicht een quadrille die men bedoelde. Gezien de prominente plaats die de contredanses op dit programma van de Theatre de Gand (de opera) bekleden en de vermelding van de Redowa, kun je het boekje met een vrij grote graad van zekerheid dateren na 1846. Wellicht niet veel later, aangezien er dan wellicht ook nog andere ‘Slavische’ dansennamen op het programma hadden gestaan die in het kielzoch van de Polka na 1844 in de Parijse danszalen werden geïntroduceerd om vervolgens een wereldwijde triomftocht aan te vatten. Wat overigens te denken van de Contredanse ‘Artevelde’ zonder twijfel een locale compositie. Iemand bekend met de componist? Wellicht de moeite waard om eens in Gent rond te gaan snuffelen!

Deel 4: Je vindt een organisator

SAA_MA#1099_1861_bewerkt

Ons bal van 20/08/1861 vond plaats ter gelegenheid van de Kunstfeesten van dat jaar en werd ‘aangeboden’ door de Stad Antwerpen. Het verbaast daarom ook niet dat er zich in het Stadsarchief van Antwerpen informatie bevond die verband hield met de organisatie van het feest. Met name het archieffonds MA#1099 dat alle informatie over de gemeentefeesten bevat, netjes geklasseerd per jaar, bleek een interessante bron. Zo bleek er een heuse commissie te zijn samengeroepen die het bal moest organiseren. De leden van deze commissie waren:

  • Président: M. O. Günther
  • Secrétaire : M. A de Boe
  • Membres : C.H. Schäfer, G. Guffens, J. Jorsen G. D’Hanis, G. Pauwels, H. De Vries.
  • Note: les membres de cette commission porteront comme signe distinctif un nœud bleu & blanc.

Verdere nota’s of rekeningen over de gehele organisatie ontbreken helaas, waardoor het onmogelijk is om meer in detail te kunnen vertellen over de gang van zaken en de bekommernissen van deze heren. Het laatste zinnetje echter, geeft aan dat de leden wellicht ook een functie hadden tijdens het bal zelf. Welke functie dat was weten we uiteraard niet voor 100% zeker, maar het zou ons niet verbazen indien dit niet de fameuze balcommissarissen zouden zijn. Een balcommissaris was de noodzakelijke ‘go between’ tussen de dansers en de orkestleider.

Aangezien het orkest enkele meters boven de dansvloer stond opgesteld moest er iemand praktisch gesproken voor zorgen dat er een signaal vertrok van op de dansvloer naar boven dat de dansers klaar stonden voor de dans. Dit was vooral van belang bij de quadrilles waar er in formatie werd gedanst, maar ook bij walsen en polka’s vertrok men graag gelijk met de muziek en allemaal te samen.

Om dit plaatje helemaal te doen kloppen liet de arrangeur van dansmuziek de echte start van de muziek, steeds vooraf gaan door een ‘openingszin’ die de dansers alvast vertrouwd maakte met de stemming en het ritme van de dans die volgde. Wie de walsen van Strauss kent, is vertrouwd met dit fenomeen, maar je zult het ook altijd aantreffen bij andere dansmuziek uit dezelfde periode.

Om de balcommissarissen herkenbaar te maken droegen zij dus een zeer zichtbaar insigne. Het merkwaardigste van al is natuurlijk dat een paar van deze wit-blauwe knopen waarover sprake ook werkelijk werden bewaard. (Met dank aan het Stadsarchief Antwerpen, MA#3158)

Beeldgebruik: Stadsarchief Antwerpen

Reeks: “De geschiedenis van één bal” – Deel 3: Je vindt een ooggetuigenverslag

Baljurken_1860_002_xt

Wat het bal van 20/08/1861 bal zo bijzonder maakt, zo blijkt ondertussen wel, is dat we anderhalve eeuw later zo veel stukken van de puzzel kunnen samenleggen. Zo krijgen we niet alleen een zicht op het dansprogramma en de zaal, we krijgen ook nog eens een uitgebreid sfeerverslag van het bal zelf. Een zekere Harry Peters liet een jaar later zijn verslag van de kunstfeesten drukken bij J. Jorssen. Blijkbaar hadden de feesten zo velen begeesterd dat er ook toen nog geld mee te verdienen viel.

Peters opent zijn verslag met een zeer gedetailleerde beschrijving van wat onder de term ‘Paré’ werd verstaan die we aantroffen op het balboekje:

“De heeren moesten en habit de soirée zijn en de dames en toilette. Dat wil zeggen dat het mannelijk geslacht in de vorm van spiering met het zwart kleed, witten halsdoek, enz. uitgedoscht moest zijn, terwijl de krinolienen niet dan zonder hoed werden ingelaten; ze moesten gecoiffeerd zijn.”

Wat de dameskledij betreft is de bovenstaande afbeelding uit een modetijdschrift uit 1860 quasi volmaakt in haar gelijkenis met het beeld uit deel 2 van deze reeks. De crinolines met vele lagen stof werden in deze periode, onder invloed van de Engelse modekoning Worth vervangen door een veel lichtere hoepelconstructie in hout en leer. Wat ik me wel nog steeds afvraag is hoe met een dergelijk gevaarte nog kon worden gedanst. Zeer wervelend zullen de Polka’s en Walsen wel niet meer geweest zijn. Wellicht daarom dat men de ‘croupe’ of het ‘kontje’ van deze rokken zo accentueerde. Zo kon men aan de voorkant van het gevaarte de vrouw die het moest torsen, nog enigszins benaderen. Maar dit in combinatie met een corset en dat tijdens een warme zomeravond in augustus… Nee bedankt!

Wat het herentoilet betreft, valt vooral de term ‘spiering’ op. Ik heb er me suf op gezocht en niets gevonden. Ook de mogelijke schrijfvarianten spearing, speering, enz. leverden helemaal niets concreets op. Als we de afbeelding uit deel 2 mogen geloven moet het een soort jacket geweest zijn met slippen. Ook opvallend zijn overigens de vele militaire uniformen in de zaal. Een beeld dat onbewust doet denken aan de balscène uit de film Il Gattopardo van Luigi Visonti, waarvan de handeling zich in dezelfde jaren afspeelt. Ook daar is de aanwezigheid van militairen in vol ornaat nadrukkelijk en oogverblindend.

Blijkens het verslag was de zaal uitbundiger dan bij alle voorgaande bals van de kunstfeesten versierd. Er was uitbundig gebruik gemaakt van allerhande zeldzame planten die in contrast met de vele vergulde beelden een fraaie indruk maakten. Enkele van deze beelden waren overigens kopieën van beelden van de Italiaanse neo-classistische beeldhouwer Antonio Canova (1757 – 1822). Ik vermoed dat deze kopieën uit de verzameling van de academie zullen hebben gestamd, want in geen enkel Antwerps museum zijn stukken van Canova geregistreerd die als basis voor een kopie zouden kunnen hebben gediend. Helaas ging de academische collectie in de jaren ’60 van de twintigste eeuw genadeloos de brandstapel op, net zoals alle andere waardevolle 19de-eeuwse archieven van de Sint-Lukas Academie, omdat ze als toonbeelden van burgerlijkheid en star academisme werden versleten. Blind kunnen mensen zijn. Het heeft geen naam.

Peter’s verslag gaat trouwens nog verder in het spuien van details. De fontein midden in beeld zou een soort geurverspreider zijn geweest. En op het einde van de concertzaal (zie plannetje uit deel 2) hing naar verluid een enorme spiegel die het perspectief en de luminositeit van de enorme ruimte nog vergrootte.

Het verslag van een vorig bal geeft bovendien nog prijs dat de orkestmeester die je boven in beeld kunt ontwaren, wellicht Dhr. P. Houben zal zijn geweest. Vermoedelijk nam hij alle bals voor zijn rekening, zoals dit in de 19de eeuw vaak de gewoonte was. Men engageerde 1 orkest voor alle bals van een bepaald seizoen. Van deze P. Houben verder geen spoor. Wel is van de kunstschilder Henri Houben (1858 – 1931) bekend dat hij aanvankelijk violist was en pas later voor het schildersvak koos. En als ik helemaal verder ‘freewheel’: van de Jazz saxofonist Steve Houben is bekend dat hij uit een Antwerps kunstenaarsnest stamt. Zijn er genealogen die zich om deze familie hebben bekommerd? Ik ben alvast zeer geïnteresseerd.

Hier vind je alle delen van deze reeks terug:

Reeks: “De geschiedenis van één bal” (inleiding)

Reeks: “De geschiedenis van één bal” – Deel 1: Je vindt een balboekje


Reeks: “De geschiedenis van één bal” – Deel 2: Je vindt een danszaal

Reeks: “De geschiedenis van één bal” – Deel 3: Je vindt een ooggetuigenverslag

Reeks: “De geschiedenis van één bal” – Deel 4: Je vindt een organisator