Toen ik laatst in het universiteitsbibliotheek van Gent rondsnuisterde, trof ik op de CATFISH databank een interessante titel aan van een nog interessanter personnage. Niemand minder dan Prudens van Duyse bleek namelijk in 1845 reeds (polkakenners fronsen nu reeds de wenkbrauwen) een schertslied te hebben geschreven op de Polkamanie.
Prudens van Duysse kenners dan weer, zullen op hun beurt uiteraard niet verbaasd zijn te vernemen, dat het om een anti Frans lied gaat. Vlaamse Volksdansers daarentegen, zullen van verbazing van hun stoel vallen, wanneer in dit lied hun heilige, traditionele en toch wel zeer Vlaamse Polka, wordt verketterd als een nieuwerwetse Franse mode, louter en alleen bedoeld om het Vlaamse volk naar Franse pijpen te laten dansen.
De illustratie in bijlage is een karikatuur van Charles Vernier uit 1844, het jaar dat de Polkamanie losbarstte. Een ‘commissaire de bal’ berispt de jonge man als volgt: “Jeune homme! . . dites donc, jeune homme! . . vous dansez-là une danse aussi incoherente qu’incompatible avec les autorités constitutionnelles de votre patrie!” Waarop de jonge man gevat antwoordt: “Sergent de ville . . . vous m’affligez . . . vous voyez bien que nous polkons! . .”.
Het was dus overal hetzelfde liedje. Daarom wil ik u ook de tekst van Van Duyse niet geheel onthouden:
De Polka te Gent – Prudens Van Duyse
Stemme: On doit soixante mille francs
1. De Polka! roepen allen thans:
De duivel hael den nieuwen dans
Met heel- en halfverfranschten!
Of is ‘ t niet genoeg, dat wij,
In ongeneesbare razerny
Naer Fransche Pijpen dansten.
2. Wij leerden, dwazen dat we zijn
Het weven, ’t schilderen in ’t fijn
Het drukken aen de Franschen;
En zij, vol geest en vol fatsoen,
Die ’t water zelve schuimen doen,
Wat leerden zij ons?… Dansen!
3. Dat zij ons kleeden, wel, zeer wel,
Na ’t Fransche revolutiespel
Ons deed in ’t hemde loopen;
Maer dansen, met den blok aen ’t been.
Dat waer’ te sterk: neen, duizenmael, neen!
Dat waer’ te laeg gekropen.
Enz. enz.