Een danshistoricus in Parijs: Dag 1 – Versailles

 Tijdens ons korte verblijf in Parijs, deden we ons best om het één en ander mee te pikken. Zo voelden we ons erg aangetrokken door Versailles. Versailles. De naam alleen al galmt nog dagen na in het oor van iedere danshistoricus. De plaats waar de contradans het vaste land betrad, waar de moderne ballettraditie op academische leest geschoeid, het levenslicht zag. Om nog maar te zwijgen van de termen ‘Côté Cour’ en ‘Côté Jardin’ die vandaag nog steeds in iedere westerse theaterzaal dagelijks talloze keren weerklinken en die in deze setting hun opnieuw hun oorspronkelijke betekenis terugkrijgen… Ah! Versailles! (Een dof ‘bonk’ in de achtergrond weerklinkt. Een danshistoricus, overmand door emotie, valt in katzwijm).

Maar keren wij vooral terug naar de harde realiteit van het dagelijks leven. Versailles is een ramp. Ik herhaal: een ramp! Geen zinnig mens, en al zeker geen verstandig mens met enige zin voor historisch bewustzijn, wil deze gruwel van de exploitatie door massatoerisme bewust onder ogen nemen. Om te beginnen is het hele gebeuren een logistieke ramp. Wanneer je als voetganger het kasteel van op enige afstand gadeslaat… Dan zie je dus geen kasteel. Een ware “Atlantic Wall” van autobussen onttrekt het bouwsel volkomen aan het zicht. Daar doorheen lopen bovendien een paar gore stadsautstrades, zodat het plaatje min of meer oogt als een nachtmerrie voor iedere urbanist. Ondertussen krioelt het van de illegale eifeltorenventers. Wanneer men geduld heeft kan met het spannende kat en muisspel tussen lokale politie en deze arme stakkers goed gadeslaan. Men kan er warempel zelfs, mits enig geduld, een heuse massa arrestatie in ‘Casablanca-style’ beleven. Round up twice the usual ammount of suspects!

Het kasteel kregen we dus niet te zien (wachttijd +/-4 uur in de vlakke zon), dus togen wij in de richting van het Petit Trianon, het allerschattigste buitenverblijf van Marie-Antoinette. Allerschattigs? Gruwel, grot en kattenkwijl! Rotte blikjes vol Tonijn! Het is fascinerend en confonterend tegelijkertijd. Een heus nepdorp omgeven door romantische vijvers, wijlanden en moestuinen om voltijds gehuld in kant en zei herderinnetje in te spelen. Het doet ontegenzeglijk denken aan de ontluisterende beelden van bestormde dictatorparadijzen in het Midden-Oosten. Luisten en luxe voor enkelen, wreedheid en uitbuiting voor ‘de rest’. Geen wonder dat de Franse revolutionairen uit 1789 hardvochtig waren. Het cynisme dat er vanaf straalt doet ook vandaag nog kokhalzen.

Maar goed dat ze zo iets bewaren. Als historisch teken aan de wand dan. Een beetje zoals Auswitz of zo. Hoewel: nu we het hebben over bewaren. Versailles wordt helemaal niet bewaard. Trianon ging in 2008 een jaar dicht voor een grondige restauratie. Totale kost 2.3 miljoen Euro. Gul gesponsord door Bréguet, het horlogemerk dat één van de horloge’s aan Marie – Antoinette schonk voor ze een kopje kleiner werd gemaakt en vandaag een merk als een andere uit de Swatch stal. Romantisch getint kapitalisme wellicht? Terugdenken aan betere tijden? Bij dergelijke bedragen hoor ik mezelf denken: klimaatregeling, raamfolie à 95% UV en Infrarood, enz. Niets van dat alles. Schilderijen in de vlakke zon opgehangen tegenover een raam pal op het zuiden, lagen stof en bagger op elk ornament, open ramen en deuren de klok rond, integrale keukeninrichting in het gebouw zelf om de cafétaria uitbater te behagen, enz. Zum kotzen. Geen enkel respect voor de site, noch het interieur. In de tuinen is het mogelijks nog erger. Daar staan de originele marmeren beelden uit het einde van de 17de eeuw gewoon kapot te gaan in weer en wind. Puik zou ik zeggen. Over 15 jaar is Versailles niet meer dan een verre herinnering uit de film. Werelderfgoed? Iemand?

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *