Auteur: Cor Vanistendael

Cake Walk postkaarten

postkaarten_5_det-rs

Ze vormen een genre apart waaraan elke onderzoeker naar sociale danscultuur en variété zich vergaapt. Je ziet doorgaans twee artiesten afgebeeld die elkaars rare pasjes of houdingen imiteren. Je vindt ze ongeveer overal in Europa terug vanaf het einde van de 19de eeuw. Wie er zich aan wil wagen: ga eens naar een ruilbeurs voor oude ansichtkaarten en oogst.

Volgens dit uitstekende wikipedia artikel ontstond de dans rond 1870 als entertainment op amerikaanse plantages. De plantageeigenaars lieten hun zwarte slaven een avond dansen voor een jury. De grappigste danser kreeg dan een cake als prijs, vandaar ook de naam. Later waaide de dansstijl over naar ministrel shows en vandaaruit veroverde de dans ook de Europese danspaleizen en variététheaters.

Ten tijde van mijn onderzoek voor het nieuwe Museum Vleeshuis vond ik zelfs een aantal Antwerpse kaarten terug, die vandaag in de permanente opstelling te bewonderen zijn. Via deze website kwam ik recent nog een paar authentieke Amerikaanse postkaarten en wat kundige commentaar. En als je op youtube zoekt kom je een paar authentieke cakewalk filmpjes tegen van 1908 – 1910.

Moors danspaleis in Brussel?

Sint_Gilles_18_003

Wie regelmatig naar folkbals gaat, kent wellicht de maandelijkse Quiemada’s die in het Volkshuis van Sint-Gilles worden georganiseerd door Muziekpublique en Frisse Folk. Het balzaaltje in de nok van het gebouw is heel mooi gerenoveerd, maar heeft soms last van overhitting wanneer het bal goed op gang is. Meestal is het er ook nogal krap wegens de uitstekende programmatie en de leuke Brusselse sfeer.

Maar misschien heb ik bij deze een alternatief gevonden voor deze kleine ongemakken. Recht tegenover de deur van het Volkshuis ligt namelijk nog een andere authentieke balzaal in Moorse stijl van Bouwmeester Guillaume Segers uit 1905. De zaal is zo uniek, dat ze in 1997 bij ministerieel besluit werd beschermd. Helaas is ze ook wat vervallen en blijft de restauratie voorlopig uit. Maar zoals dat wel vaker gaat: misschien is precies het organiseren van een bal in zo’n zaal de sleutel om dit dossier te ontsluiten en weer onder de aandacht te brengen. Ondertussen kunt alvast genieten van deze interieurfoto.

Sint_Gilles_18_001

Van de waaiers van weleer

Balwaaier

Hoe het komt dat deze traditie ondertussen is uitgestorven, is mij een raadsel. Waaiers om jezelf wat koelte toe te waaieren horen bij een bal als goede dansschoenen. Ze werden tot in de jaren ’60 voor speciale bals gedrukt en aan de dames uitgedeeld. Laatst kwam mijn danspunt collega Anick van Dam nog op de proppen met een prachtig roze exemplaar uit het Antwerpse uit het magische jaar ’69.

Ik was altijd blij om er eentje tegen te komen als ik op jacht was in de archieven. Gewoon een kwestie van sport: ze zijn relatief zeldzaam. Bij deze dus een dubbele oproep. Ten eerste wie nog balwaaiertjes heeft liggen van vroeger mag mij altijd een foto’tje toesturen. Ten tweede: wie organiseert nog eens een bal met balwaaiertjes? In beide gevallen zal ik er op deze blog kond van doen.

Overigens, als je het woord balwaaier in google intypt krijg je een interessante link te pakken naar de online databank van ‘Het Geheugen van Nederland’. Je kunt bijzonder inzoemen op dit een zeer elegant waaiertje.

Balwaaier_002

Ondertussen in Enschede…

Enschede_002

Toen ik een paar weken geleden de 2de straalschijf van folkgroep Embrun in handen kreeg, werd mijn aandacht getrokken door de foto’s aan de binnenkant van de CD hoes. Die bleken allemaal genomen tijdens een optreden in het Nederlandse Enschede. De impressies van dat concert moeten de jongens van Embrun bijgebleven zijn, want de volledige fotoschoot van de Cd is eraan gewijd.

Ik kan me dat levendig voorstellen. Een intakt interieur van een echte oude danszaal van ca 1890 kom je niet elke dag meer tegen vandaag de dag. Ze worden namelijk meestal gesloopt voor je er erg in hebt. Het was bovendien één van de laatste optredens in de oude danszaal van de oude schouwburg van Enschede. Helaas, kan ik nu wel zeggen. Als ik dit artikel mag geloven zou het interieur van deze zaal plaats moeten ruimen voor één of ander virtueel kenniscentrum. En ik die dacht dat men in Nederland veel intelligenter met hun erfgoed omsprongen.

Zoals hieruit blijkt, vertonen onze beleidsmakers blijkbaar dezelfde blinde vlek. Je kunt zelfs beter spreken van een gebrek aan visie op stedelijke centra in het algemeen. Men klaagt voortdurend dat onze binnensteden geen bruisend leven meer hebben na de kantooruren. Maar tegelijkertijd sluit men wel die laatste zaaltjes waar het gezellig toeven is bij goede, niet te luide muziek die niemand stoort. Waar een publiek met de fiets, het openbaar vervoer of te voet naar toe kan. Waar een vreedzame coëxistentie mogelijk is tussen bewoning, muziek en locale economie. Men zou misschien soms wat kleinschaliger moeten leren denken. Of laat ze eens hier in Antwerpen naar De Roma of in Sint – Niklaas naar De Casino komen kijken voor inspiratie.