Auteur: Cor Vanistendael

En dan duikt een danszaal op in Ledeberg

Bristol_Ledeberg

Vandaag kreeg ik onverwachts een boeiende mail van Hilde De Smet, monumentenwachter bij Provincie Oost-Vlaanderen. Ze had in hartje Ledeberg nl. een mij onbekende danszaal ontdekt. De Bristol later vertimmerd tot wijkcinema Agora. Ik verkneukel me nu al over de sappige Gentse tongval, waarmede deze Engelse plaatsnaam wordt uitgesproken.

Het onderzoek van Hilde deed me onwillekeurig denken aan de masterscriptie van Marta Michna die ik jaren geleden in 2007 begeleidde en waarvan iedereen hier het resultaat kan bewonderen. Maar dat ging louter over de Gentse binnenstad (9000 weet u wel). Al denk ik stellig dat er wel wat interessante pistes te halen vallen voor de aandachtige lezers.

De foto is trouwens bewust een beetje vaag gehouden om de ‘clou’ van haar verhaal niet te verklappen. Ze doet me trouwens zeer willekeurig denken aan mijn beheptheid met Google Earth als het om het ontdekken van bouwvolumes gaat. Anyway, Hilde geeft over dit boeiend stukje spektakelcultuur overmorgen een lezing die u kunt bijwonen in de Panoramische Zaal van het Middenstandshuis, Lange Kruisstraat 7, Gent op donderdag 14 april 2016 om 20 uur. Naar het schijnt heten enkele Gentse Notabelen u van harte welkom. Allen daarheen!

Dansgeschiedenis in Tijd-Schrift

Edouard_Manet_093

Het gebeurt niet vaak dat op deze blog aandacht wordt besteed aan podium- of kunstdans. Maar als een bevriend danshistoricus een goed artikel pleegt in een belangrijk tijdschrift, dan kan ik dat niet laten liggen natuurlijk. Het werk van collega Staf Vos vertoont dan ook vele raakvlakken met mijn eigen werk. We gebruiken regelmatig verwante bronnen, alleen doen we er natuurlijk meestal andere dingen mee. Hij richt zich meer op lichaamscultuur en kunstdans, ik focus me meer op sociale danscultuur.

Maar er zijn ontegenzeglijk raakvlakken en in zijn recentste artikel voor Tijd-Schrift, gaat hij dieper in op de verhouding tussen lichaamscultuur en dans. Dat je inzake lichamelijkheid moeilijk grenzen kunt trekken, spreek voor zich. Een lijf is een lijf is een lijf. Of je het als een medium beschouwd om hogere kunst mee te scheppen, of als een bron van genot doet dan niet zo veel ter zake. Het gaat eerder om ideologisch discours en afbakening, dan op een dansante realiteit. Ook naast de dansvloer op een bal zijn toeschouwers deel van de interactie. Net zoals in een theaterzaal waar het publiek geniet van een dansvoorstelling.

Overigens is dat raakvlak nog het beste te merken tijdens de carnavalsweek die er dra aankomt. Tot in de jaren ’60 van de twintigste eeuw werden heel wat theaters voor die gelegenheid omgebouwd tot danszalen. Het podium werd een dansvloer waar het onderscheid tussen performance en amuzement totaal verging in het feestgedruis. Zoals het beeld van Manet hierboven zo mooi toont. Wat je ziet is een bal masqué in de Parijse opera. Maar als je het zou vergelijken wat Staf schrijft over 19de-eeuws ballet is het verschil eerder gering. Je ziet heren in het zwart en dames in een domino enerzijds of een tutu anderzijds. Het beeld dat Staf gebruikt in zijn artikel van de foyer de la danse, waar balletdanseressen hun bewonderaars en geldschieters konden ontmoeten, zit ‘m echt wel in de details. De setting is voor de rest vergelijkbaar: zelfde zaal, zelfde gender verhoudingen, ander moment van het jaar.

Paris_Opera_-_Foyer_de_la_Danse_1841

Beeldgebruik wikipedia commons:

https://commons.wikimedia.org/wiki/File:Edouard_Manet_093.jpg
https://commons.wikimedia.org/wiki/File:Paris_Opera_-_Foyer_de_la_Danse_1841.jpg

Een gezond en voorspoedig 2016 gewenst!

De_Kadullen_Cover

Het laatste jaar was er één van grote veranderingen in de persoonlijke levenssfeer. Hetgeen zich vertaalde in een verminderde activiteit in de laatste drie maanden. Wat bezoekers op deze site gaat het nog steeds in stijgende lijn voort. Verleden jaar kreeg de site 3500 en oneffen bezoekers te vermelden, een steiging met 60% t.o.v verleden jaar.

De vele hackers zijn niet meegerekend, want ook op dat vlak was het druk op deze site. Via het onovertroffen Utrace en wat juiste instellingen van de wordpress machinerie, leer je vlotjes dat het hacken van westerse blogs blijkbaar een interessante hobby is in België, Frankrijk, Rusland, Oekraïne, Letland, Iran, Libanon, China en de VS. Daar vandaan blijken nl. de IP adressen van de hackers te komen. In de praktijk kun je er natuurlijk weinig tegen beginnen, maar het is wel interessant om te zien dat iedere opstoot in een conflicthaard waar wij van ver of dichtbij militair betrokken zijn vanuit onze luie westerse zetel, gepaard gaat met een aanvalsgolf op het internet.

Mooie herinneringen genoeg overigens. Het jaar begon meteen heel sterk, met het fansastische 3D verhaal van Timothy De Paepe, die op basis van mijn onderzoek naar het Winterlokaal van de Société Royal d’Harmonie d’Anvers een indrukwekkende rendering maakte. Zijn werk noopte mijn dan weer tot theoretische een bespiegelingen over danszalen in het algemeen, waar ik nog steeds trots op ben. Wat betreft het leukste moment, was vooral het bezoekje aan London, begin dit jaar leerzaam en verfrissend. En dichter bij huis, niet te vergeten de ontdekking van de Sint-Martinuszaal in Rijmenam, een vergeten pareltje dat ik met veel genoegen in beeld bracht. Het jaareinde bracht dan weer het prachtige boek van Richard Van der Staey waar ik aan meewerkte, en waar hoe dan ook een heel pak plaatselijke dansgeschiedenis in zit verwerkt.

En meteen dan ook de belofte om dit jaar er opnieuw tegen aan te gaan, vol frisse moed en

Nieuw tijden, nieuwe bronnen

Steekkaart
Toen ik zo’n 10 jaar gelden begon met onderzoek naar danscultuur, bevond de wetenschappelijke wereld zich nog grotendeels in het pre-digitale tijdperk. Online databanken die je ongestoord kon doorzoeken waren er al wel, maar niet zo heel veel. Het was bovendien hoofdzakelijk een buitenlands fenomeen. Noch het Belgische Rijksarchief, noch de Nationale Bibliotheek Albertina beschikten over een degelijk zoeksysteem dat ook buiten de muren raadpleegbaar was. Veel andere instellingen werkten nog met gedrukte of gestencylde catalogi en een enkele instelling was nog gebaseerd op een steekkaartensysteem.

Een tweede mijlpaal was de beschikbaarheid van betaalbare digitale pocketcamera’s. Mijn eerste digitale camera was een Fujifilm Finepix A310. Ik schat dat ik er rond de 12000 archieffoto’s mee maakte en de kwaliteit was uitstekend. Enige nadeel was de beperkte lichtsterkte van de sensor, waardoor je boven de ISO 200 niet echt veel kon beginnen met de werkfoto’s wegens te veel ruis. Maar het naakte feit dat je vanuit één hand uren aan een stuk door kon werken (herlaadbare AA baterijtjes + 1 GB sDX kaartje !) in een archief was revolutionair. Het beperkte je archiefwerk tot enkele dagen, waarna je aan de klassering en transcriptie van je digitale collectie kon beginnen. Op een laptop, dat spreekt, waardoor alle beperkingen inzake werkplekken ineens vervielen. Het aantal Eureka momenten dat ik op werkend op de trein mocht beleven, zijn welhaast niet te tellen.

Ondertussen is de wereld voor wetenschappers drastisch versneld en verbeterd. Het aantal online databanken is ondertussen fenomenaal toegenomen en de kwaliteit van de pocket camera’s is onwaarschijnlijk verbeterd. Mijn huidige Fujifilm X10 is een optisch pareltje dat zelfs in moeilijke lichtomstandigheden prachtige resultaten oplevert. De opslag capaciteit van opslagmedia zoals DX kaartjes, of harde schijven is geëxplodeerd, back-ups zetten we in de cloud. Het is een droom en een voorrecht om vandaag onderzoek te mogen doen.

Eén van de zeer belangrijke bijdragen tot wetenschappelijk onderzoek, die minder bekend zijn bij het bredere publiek wordt overigens geleverd door een aantal actoren die bronnen integraal online zet. Hele massa’s archieven, primaire en secundaire bronnen staan tegenwoordig online te blinken. Ik geef hier slechts enkele voorbeelden mee die ik wel vaker gebruik:

Google Books: je kunt er enorm veel vroege drukken integraal terugvinden en soms (niet altijd) zijn ze ook volledig ge’OCR’d(OCR = Optical Character Reading) waardoor je ze woordelijk kunt doorzoeken.

Archive.org: Amerikaanse non-profit organisatie die wereldwijd primaire bronnen digitaliseerd en integraal online zet. Ben je op zoek naar handgeschreven partituren, dan is dit één van eerste plekken om te starten. Ik wil bij deze nog eens het Brussels Ballet Score Project van David A. Day onder de aandacht brengen. David is de bibliothecaris van de Bringham Young University in UTAH (V.S.) en hij zorgt er samen met een legertje vrijwilligers voor dat hele reeksen primaire bronnen voor de studie van het 18de een 19de eeuwse Europese ballet online verschijnen. Zijn project samen met het Brusselse en Antwerpse Conservatorium en het Brusselse Stadsarchief is voor onze regio één van de meest tot de verbeelding sprekende voorbeelden.

Voor nog meer materiaal van Europese oorsprong verwijs ik graag naar zijn hoofdpagina.

Library of Congress: is altijd een pionier geweest van het online zetten van belangrijk bronnenmateriaal. Hun initiatief ‘An America Ballroom Companion’ staat al meer dan een decennium online en biedt naast historische dansbeschrijvingen ook zeer goed uitgewerkte reconstructies van historische dans (videosectie).

Gallica.fr: het Franse tegengas tegen de hegemonie van google. Nationale bibliotheek van Frankrijk zet gewoon zijn eigen topstukken online en doet dat heel goed. Zouden ze in België ook eens aan moeten denken. Geweldige zoekmachine ook.

The Full English: een andere benadering, maar meer vanuit privéhoek is The Full English, waarbij een aantal privé-bibliotheken (met overheidssteun wel te verstaan) samen hun bronnenarsenaal online zetten. Een beetje een vreemde eend in de bijt dit initiatief, omdat het uitgaat van materiaal dat door onderzoekers van de English Folk Revival, te beginnen met Cecil Sharp, werd verzameld. Maar het gaat uiteraard gewoon over historisch bronnenmateriaal dat interessant kan zijn voor onderzoekers die met sociale dansgeschiedenis bezig zijn zoals u en ik.

Maar in dit woud van verwijzingen en massa’s documenten zou een sterveling natuurlijk danig de weg kunnen kwijt raken. Daarom zijn een aantal intelligente bollebozen aan de slag gegaan om overzichtelijke selecties van dit materiaal online te zetten. Ik vernoem er maar twee, omdat ik niet de tijd heb genomen om er meer bij elkaar te zoeken. Er zijn er wellicht nog veel meer te vinden ondertussen. Mocht u er nog vinden: geef het door, dan voeg ik ze hieronder toe

Regency Dances: een zeer lezenswaardige reeks artikels over regency dancing mét bronnenverwijzingen allerhand.

Library of Dance: recent initiatief van twee Amerikaanse dansleraars met een goede neus voor online volledig gedigitaliseerde bronnen.

Wordt ongetwijfeld vervolgd…